Johanna Hendrika’s website
donderdag 29 augustus
Het vertrek naar Christiansö is op
donderdagochtend om tien uur. Dit eiland
ligt tien mijl naar het noordoosten. De
wind is inmiddels naar het westen
gedraaid zodat de koers bezeild is. Met
kracht 3-4 zijn we er binnen twee uur.
Christiansö maakt deel uit van een groep
van vier rotseilandjes, waarvan Frederiksö
en Christiansö de grootste zijn. Tussen
deze twee eilanden bevind zich natuurlijke
haven. Door de vorsten Christian IV en V
werd van dit eiland in de zeventiende
eeuw een millitair bolwerk gemaakt. Het is
het meest oostelijke stukje Denemarken
en de Deense vorsten waren uit op een
dominante positie van Denemarken in
Noord-Europa. Een fort onder de Zweedse
kust zou die positie versterken.
Christiansö is een sprookje. In de tweede
helft van de negentiende eeuw verloor het
zijn vestingstatus. Het leger trok zich
terug, maar vele soldaten bleven op het
eiland en vestigden zich er als visser. Het
beheer van het eiland bleef echter in
handen van de centrale Deense overheid,
die zich al vroeg bewust was van de
monumentale waarde van de fortificaties
en de gevechtstorens, de oude kazernes
en de kleine huisjes van de bewoners. Op
Christiansö en Frederiksö is sinds de
negentiende eeuw niets meer veranderd.
Tussen elf en twee uur trekkende de
eilanden veel bezoekers per veerboot.
Buiten die uren is het er zeer rustig. Wie
er rondwandelt ruikt de peterselie, die
overal op het eiland groeit. De
zeventiende- en achttiende eeuwse huizen
zijn goed onderhouden en voorzien van
bijzondere details, zoals de vroegere
olielampen met schoorsteentjes, die als
straatverlichting gebruikt werden. Aan
weerszijden van de haven zijn enkele rijen
Christiansö: terug in
Langs Duitse en Deense
eilanden - een zeiltocht
door heden en verleden
2013
de geschiedenis
woningen langs smalle straatjes, de
vroegere officierswoningen en kazernes.
Daarbuiten vind je overal kleine
natuurstenen huisjes met diepliggende
tuintjes tussen natuurstenen
afscheidingen. Die afscheidingen
beschermen de tuintjes tegen de zeewind
en houden de warmte van der zon vast.
Water is er schaars. Vroeger werd
regenwater gebruikt, dat overal in bassins
werd opgevangen; tegenwoordig wordt het
water met schepen aangevoerd en in grote
tanks opgeslagen. Als bezoekend jacht
wordt je geacht geen water te tanken;
voor het overige zijn de meerplaatsen voor
jachten van alle gemakken voorzien Er is
weinig ruimte, maar die is met meerboeien
zo efficiënt mogelijk ingedeeld, er is overal
walstroom en er zijn toiletten en douches.
Overigens moeten de bewoners het af en
toe ook met gezamenlijke sanitaire
voorzieningen doen. De huisjes zijn erg
klein en lang niet overal is riool aangelegd,
wat op deze rotseilanden ook niet erg
gemakkelijk is.
Christiansö met het fort, de smalle straatjes en kleine tuinhuisjes en de smalle
brug die Christiansö met Frederiksö verbindt.