Home
Johanna Hendrika’s website
Verder
Tegen de avond is het bijna windstil. Om vijf uur verlaten we het dock met hoogwater, zodat we op de rivier geen tegenstroom meer hebben. We willen naar Holy Island, vijftig mijl noordelijker. Daar kunnen we alleen maar ankeren, dus willen we niet voor het eerste ochtendlicht arriveren. Met de motor op een kleine 1000 toeren lopen we precies 4 knoop. De kust is hier heel anders dan tussen de vorige havens; er is veel industrie hier. Je vaart daardoor wel langs een verlichte kust. Het is vrij stil op het water. Tegen half negen hoor ik wat watergedruis aan stuurboord. Op een kleine honderd meter
afstand zwemmen vier dolfijnen, die van tijd tot tijd luchtsprongen van zeker een meter hoog maken. Vaak komen ze op passerende schepen af, maar deze houden helaas afstand. Tegen half elf krijgen we echter bezoek van een nieuwe ploeg dolfijnen. Deze komen wel vlakbij en we zien ze goed bij de felle verlichting vanaf de wal. Helaas springen deze niet zo hoog. Bij het eerste ochtenlicht passeren we de Farne Islands aan stuurboord. Deze rotseilanden vormen een belangrijk vogelbroedgebied. Ze zijn in beheer bij de National Trust en tegen betaling toegankelijk. De ankergrond is er echter niet geweldig en vanwege de vele moorings van toeristenboten is er weinig ruimte. Dinsdag 16 augustus
opkomend Christendom
Terug
Het 18de eeuwse kanalenstelsel bij Newcastle.
Lindisfarne, middeleeuws
centrum van
Langs de Engelse en Schotse oostkust
2012
maandag 20 augustus Bij Holy Island bevindt zich een van de weinige natuurlijke havens langs dit deel van de Engelse kust. De strook tussen het eiland en de kust valt grotendeels droog, maar pal onder het eiland is een kom waar bij laagwater ongeveer vijf meter water blijft staan. Met wind tegen stroom kan het water hier wat knobbelig zijn, maar het anker houdt goed op de harde zandgrond. Met laagwater valt een weg naar het eiland droog. Holy Island,
het Keltische Lindisfarne, behoort tot de canon van de Britse geschiedenis. Het klooster hier speelde vanaf de zevende eeuw een belangrijke rol in de kerstening van der Britse eilanden. Maar ook Willibrord, die het christendom naar de lage landen bracht, kwam hier vandaan. De huidige kloosterruïne dateert uit tiende eeuw en strekt veel bezoekers, evenals het kasteel op een heuvel aan de kop van het eiland. Door de natuurlijke haven bloeide de visserij hier lange tijd en vanuit het kasteel werd de vissersgemeenschap tegen rooftochten van elders beschermd. Als we om acht uur het anker bij Holy Island uitwerpen, worden we uitbundig welkom geheten door de plaatselijke zeehondenkolonie. Rondom de Johanna
Hendrika steken ze hun koppen uit het water om eens poolshoogte te nemen. Als we later met de rubberboot naar de wal gaan vormt dat opnieuw aanleiding tot veel nieuwsgierigheid. Een klein dorp met natuurstenen huizen is de kern van het eiland. Bijzonder zijn de opslagschuren van de vissers. Dit zijn oude vissersboten die ondersteboven op het land zijn gelegd en waarvan een stuk is afgezaagd om een een houten voorgevel met een deur in te bouwen. Vanaf de heuvels op het eiland hebben we een prachtig uitzicht over het
De Farne eilanden.
De landelijke bebouwing op Holy Island en de schuurtjes, gemaakt uit afgedankte boten