Home
Johanna Hendrika’s website
Verder
netten op: drie dikke schollen, waarvan een van een dikke kilo, en een mooie paling. Onder zwaar gereefd grootzeil en de stormfok verlaten we om 09.00 onze mooie ankerbaai. Na een uurtje licht het wat op en verdwijnt de regen; hier en daar worden flarden blauw zichtbaar. Er staat een dikke wind, maar niet meer dan 6. Toch vliegen we met ons stormtuig met 7 knoop naar Mandal. Een mijl buiten Mandal ligt een cardinale boei, vanwaar we de haveningang tussen de rotsen 'open' kunnen zeilen. Zoals overal in het
Maandag 8 augustus – dinsdag 9 augustus Vijfentwintig mijl ten oosten van Mandal ligt Kristiansand, een moderne grote stad. Wij gaan echter door naar Lillesand, vijftig mijl verderop. De scheren liggen hier wat verder uiteen en bieden minder beschutting; wij varen buitenom, ruim bezeild met Zuid 4. Na een uurtje zien we een onweersbui naderen. Deze brengt vooral zware regenval; de wind draait wat naar het westen, maar verflauwt gaandeweg tot 2/3.  De deining blijft doorlopen. Op de motor, met het grootzeil als steunzeil, gaan we verder. Eigenlijk willen we de laatste tien mijl naar Lillesand binnendoor. Achter aaneengesloten scheren loopt hier de Blindleia, een smalle, maar bijzonder fraaie vaarweg. Er zitten echter een paar ondiepe stukken in en onze kaart is wat onduidelijk over de diepte daar. Als we in Lillesand arriveren is het weer helemaal opgeklaard. Tussen de scheren door schitteren ons de witte huizen tegemoet. Veel van deze kuststadjes zijn ooit door brand verwoest. Lillesand is daarvoor gespaard gebleven; het centrum bestaat vooral uit 18de eeuwse houten huizen. De stad heeft een maritiem verleden; in het tijdperk van de zeilende vrachtvaart was het een drukke haven. Het scheepvaartmuseum is nog gesloten als we de volgende dag door de stad lopen. Eén deur verder zetelt de zeemansvereniging en als we nieuwsgierig naar binnen kijken, roept de beheerder ons naar binnen. Rondom een lange tafel, waar de koffie al gereed staat, hangen van zeilschepen, die hier ooit hun thuishaven hadden, tussen kasten met oude navigatie-apparatuur. De zeelieden uit het stadje komen hier iedere ochtend koffiedrinken. De meesten zijn op leeftijd, maar ook de jongeren komen hier wanneer ze aan de wal zijn. We krijgen een
CD met shanties mee van het plaatselijke zeemanskoor.
Inmiddels zijn we erachter dat de Blindleia minimaal 2.60 meter diep is. De volgende dag willen we, op onze route naar het Kattegat en de Oostzee, naar de Zweedse kust oversteken. Als we een stukje terugvaren door de Blindleia kunnen we bij in de buurt van een doorgang naar buiten ankeren. Het is een bijzondere vaarweg, af en toe niet breder dan tien meter, dan weer enkele honderden meters breed door de ruime baaien aan weerszijden. Noorse buren in de jachthaven van Lillesand noemen dit het mooiste deel van de zuidkust. Aan het water en langs de berghellingen hebben veel Noren een tweede huis, waar ze de zomermaanden doorbrengen.
Langs het ‘mooiste stukje
Terug
noorden is de betonning spaarzaam en wordt vooral met vaste sectorlichten en bakens gewerkt. Op de Noorse kaarten is dat niet altijd even gemakkelijk te zien; ze staan zo vol met informatie dat je er af en toe een vergrootglas bij nodig hebt. De plotter bewijst dan ook goede diensten. Tegen 14.00 liggen we afgemeerd. Het kleine centrum van Mandal is tussen de fjord en de bergen daarachter ingeperst; smalle straatjes met witte houten huizen. Boven op de berg is een koepeltje van waaronder je een prachtig uitzicht over de scheren hebt.
van de Noorse zuidkust’
Johanna Hendrika voor anker in de natuurlijke haven binnen de scheer Skarvoi.
Rondje om de Noord 2011
Het centrum van Lillesand bestaat vooral uit 18de eeuwse houten huizen.
Ontmoetingsruimte bij de zeemansvereniging in Lillesand.