Home
Johanna Hendrika’s website
Verder
Saeby is een stadje waarop Denemarken het patent schijnt te hebben: een historische uitstraling en een knusse kleinschaligheid – rondom de stoere achttiende eeuwse witte kerk met zadeldakstoren staan landelijke huisjes met daken met wolfseinden, ommuurde tuintjes met een poortje en veel groen langs de straat. Wanneer we 's avonds even de stad ingaan ontdekken we na twee lege kroegen een derde, waar wel wat volk is. Wanneer we de deur openen, horen we de Creedence Clearwater
Revival keihard uit de jukebox en ook het publiek heeft een jaren '70 uitstraling. Ook hier lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Op maandagochtend bekijken we de beschadiging aan de bezaan. Normaliter wordt aan twee kanten een stuk zeildoek over de beschadiging gekit, maar dit is een lastiger reparatie, die alleen met stikwerk en wat bijzondere materialen uit te voeren is. Dick schat het op minimaal twee dagen werk. Er blijkt echter een zeilmaker in Saeby te wonen met een atelier in Frederikshavn, tien minuten met de auto. Hij neemt het zeil mee en brengt het dinsdagavond terug. Op dinsdag staat er een harde wind, west zeven tot acht: niet echt weer om uit te varen dus tijdverlies geeft de zeilreparatie niet. We
gebruiken die dag tevens om vijf wassen te draaien en te drogen. Woensdag is de voorspelling west zes en wagen we het erop. We worden wat voorzichtiger met de zeilen. Tien knopen lopen is leuk, maar het vraagt wel veel van het materiaal. In de haven reven we de fok en de bezaan en dat blijkt een goede keus – af en toe zijn er flinke vlagen. We zetten koers richting Isefjord aan de noordkust van Sjaelland. De gids vermeldt er niets over, maar op de kaart ziet het eruit als een mooie ankerplaats. Na drie dagen 200 kronen havengeld per dag brengt dat het gemiddelde weer wat naar beneden. We gaan wat laat weg, rond twaalf uur, en het zal dus nachtwerk worden. Naarmate we verder uit de kust raken krijgen we te maken met een flinke deining die schuin van achter inkomt en het schip af en toe flink doet rollen. De ingang van de Isefjord is 90 mijl ten zuiden van Saeby. We lopen gemiddeld zeven knopen op onze gereefde tuigage en het is twaalf uur 's nachts als we voor de fjord liggen en het zeil eraf moet. Er is een smalle, onverlichte geul naar de fjord, die we op de gps/plotter moeten nemen. Kalmpjes op de motor varen dus. Gelukkig kloppen de digitale kaarten van dit apparaat tot op de meter. Bij het ankeren maak ik een fout. Het anker hangt gereed om te laten vallen en wordt met een lijntje op de zeerailing omhoog
gehouden. Als ik de ketting laat schieten, vergeet ik dat lijntje los te halen. Ik heb het niet meteen in de gaten. De ketting hangt schijnbaar recht naar beneden in het water. Dick ziet het uiteindelijk, het anker valt en heeft meteen grip, maar na een meter of vijfendertig wil de ketting niet verder uitlopen. Het blijkt dat de ketting in de ankerbak gedraaid zit, waardoor deze in de ankerlier vastloopt. De volgende dag, donderdag,  til ik zeventig meter ketting op een paar kleden op dek en breng deze opnieuw in de ankerbak, maar nu zonder kinken. Het is een zwaar en smerig karwei, de ketting wordt met biologisch afbreekbare olie, die bijzonder kleeft en alle vuil vasthoudt, tegen roest beschermd. Het is helder en zonnig en de zijarm van de Isefjord, waar we voor anker liggen, is een aangename plek, beschut tegen de meeste winden. We worden omringd door
een heuvelachtig landschap met afwisselend boomgroei en open gedeelten. Raar dat de gidsen die wij hebben hierover niets vermelden. Maar zo blijft het er in ieder geval wel rustig. donderdag 12 juni 2008
Saeby - Isefjord
Oostzeereis 2008
Terug